240 meter! Nood aan beter onderzoek

21 Januari 2025

240 meter! Nood aan beter onderzoek

Wij benadrukken dat we ten zeerste voorstander zijn van hernieuwbare energie, in casu ook windenergie. De transitie van fossiele naar hernieuwbare energiebronnen is cruciaal en dient versneld te worden. Echter heiligt het doel niet de middelen en moeten ook projecten voor hernieuwbare energie weloverwogen ingeplant worden en voldoen aan de goede ruimtelijke praktijk. 

GROEN Oosterzele tekent bezwaar aan i.v.m. de plannen voor de bouw en exploitatie van een windturbine (WT) met een hoogte van 240m langs de autosnelweg E40 op het grondgebied van de gemeente Oosterzele door Aspiravi NV 

Vooreerst wensen wij te benadrukken dat wij ten zeerste voorstander zijn van hernieuwbare energie, in casu ook windenergie. De transitie van fossiele naar hernieuwbare energiebronnen is cruciaal en dient versneld te worden. Echter heiligt het doel niet de middelen en moeten ook projecten voor hernieuwbare energie weloverwogen ingeplant worden en voldoen aan de goede ruimtelijke praktijk. We vinden dat dit hier niet het geval is en weliswaar op volgende gronden:

 

  • Omvang van de windturbine

De windturbine in de huidige aanvraag is in omvang en grootte van een heel ander niveau dan de turbines die tot op heden vergund en geplaatst werden. Met 240 meter is ze meer dan dubbel zo groot als de turbines die tot nog toe gangbaar zijn, en bijna 100 meter hoger dan het hoogste gebouw in België. Naar ons weten is er nog maar 1 turbine van dergelijke omvang vergund in België. Als illustratie voegen we hieronder een schets toe uit De standaard van 17/01/2025 n.a.v een gelijkaardige aanvraag in Damme.

Het staat buiten kijf dat een turbine van dergelijke omvang een enorme impact zal hebben op een heel ruim gebied en zichtbaar zal zijn vanuit een heel wijde regio. Hoewel gelegen langs de E40, zijn er in de onmiddellijke omgeving van het project verschillende woonkernen (Ankerwijk, Gijzenzele, …), alsook landschappelijk waardevol landbouwgebied.

De aanvraag is weliswaar gelegen binnen de zoekzones voor windturbines zoals vastgesteld in het plan-MER van het PRUP Afbakening Kleinstedelijk Gebied Wetteren (goedgekeurd op 18/12/2012 - PLIR0021), echter lijkt dit plan ons niet meer relevant voor het hier aangevraagde type turbine. In het PRUP is sprake van turbines van 100-120m. Er kunnen dan ook wel degelijk vragen gesteld worden of het effect van een turbine van dergelijke omvang voldoende bestudeerd werd.

 

 

  • Impact op de natuurwaarden in de omgeving

De voorgestelde locatie is slechts 150 m verwijderd van “biologisch zeer waardevol” gebied, en ook in de iets verdere omgeving zijn verschillende waardevolle natuurgebieden waaronder VEN-gebied (Moortelbos) te vinden. 

Bovendien bevindt de locatie zich volgens de “Risicoatlassen vogels en vleermuizen m.b.t. windturbines” (https://geo.inbo.be/windturbines/index.html) in een gebied dat als “mogelijk risico” (risico 1) voor vogels is aangeduid en slechts op 600 m van “risico” (risico 2) gebied. Ook voor vleermuizen zit men in een gebied met “mogelijk risico.” 

De verscherpte natuurtoets in dit openbaar onderzoek toont in dit opzicht niet aan dat er enkel minimale negatieve effecten op de natuur te verwachten zijn. Integendeel, men bewijst de aanwezigheid van meerdere Vleermuissoorten en bevestigt dat risico’s vanwege de windturbine op de kwetsbare Rosse vleermuis, Ruige dwergvleermuis en Gewone dwergvleermuis niet uit te sluiten zijn. Men bevestigt ook dat er maar weinig studies zijn naar de effecten van windturbines. De weinige studies die er zijn, beschouwden bovendien ook geen windturbines met een tiphoogte van 240m en diameter van 175m. Het onderzoek naar het effect op vleermuizen gebeurde bovendien enkel in de maanden augustus-september. Er is dus geen beeld van de vleermuizenactiviteit in de andere maanden.

Voor het effect op kieviten geeft de verscherpte natuurtoets aan dat de geplande windturbine zich niet situeert in een belangrijk akkervogelgebied en er geen betekenisvolle impact op de lokale populatie in het kader van het Soortenbesluit wordt verwacht. Nochtans krijgen we info van de lokale Natuurpunt afdeling dat er in de omgeving jaarlijkse waarnemingen van broedgevallen van kieviten waargenomen worden in of in de nabijheid van de geplande windturbine. Dat is ondermeer het geval in de omgeving van de Gijzenzelestraat-Zwaluwstraat.

De verscherpte natuurtoets geeft volgens ons dus onvoldoende weer wat het effect van de winturbine is op zowel vleermuizen alsook vogels, specifiek Kieviten. In combinatie met het gebrek aan studies over windturbines van dergelijke omvang, lijkt ons het voorzorgsprincipe hier dus aan de orde. 

Om bovenstaande redenen vragen we de omgevings- en exploitatievergunning van dit project niet goed te keuren.